Trillingsmetingen SBR B

De meet- en beoordelingsrichtlijn B, “Hinder voor personen in gebouwen” bevat richtlijnen voor het meten en beoordelen van hinder voor personen. De richtlijn maakt onderscheid in de functie van het gebouw en de aard van de trillingsbron en onderscheid in bestaande, gewijzigde en nieuwe situaties. Met de AVCMonitoring voert u eenvoudig deze trillingsmetingen uit. U plaatst de meter en kunt later on-line via uw internet brower alle instellingen wijzigen. U kunt ook metingen eenvoudig met elkaar vergelijken in de tijd en direct de traces bekijken en inzoomen op de trace om te bekijken of de trilling veroorzaakt is door de trillingsbron waarnaar metingen worden verricht of dat de trilling door andere zaken is veroorzaakt, bijvoorbeeld door de bewoners in het huis. Het ligt in het verschiet ook trace-herkenning aan te bieden zodat de server direct een voorselectie kan maken van de relevante trillingen. De grenswaarden voor trillingen volgens SBR richtlijn deel B (Hinder voor personen in gebouwen, meet- en beoordelingsrichtlijn) worden vastgesteld op basis van drie beoordelingscriteria namelijk:

  1. De gebouwfunctie.
  2. Type trillingsbron
  3. De omstandigheden waaronder trillingen kunnen voorkomen, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen de volgende situaties:
  • nieuwe, bestaande of gewijzigde situaties;
  • de locatie van de ontvanger in relatie tot de omgeving.
  • tijdstip waarop de trillingen voorkomen

Voor de verschillende gebouwfuncties zijn verschillende grenswaarden gedefinieerd.

  1. Gezondheidszorg
  2. Wonen (daaronder begrepen woningen, woongebouwen, woonwagens, logiesverblijven en logiesgebouwen)
  3. Kantoor en onderwijs
  4. Bijeenkomst (zoals bioscopen, aula’s schouwburgen, kerken)
  5. Kritische werkruimten (bepaalde ruimten in laboratoria, operatiekamers of studiezalen)

 Type trillingsbron

  1. Continu voorkomende trillingen, gedurende lange tijd, door bijvoorbeeld machines, waaronder ook machines die niet permanent in werking zijn of machines die een korte werkcyclus kennen en een langere rustperiode zoals het kort trillen van een vorm of mal. Uitgesloten zijn trillingen door weg- en railverkeer.
  2. Herhaald voorkomende trillingen, gedurende lange tijd door weg- en railverkeer waaronder ook heftrucks bulldozers, kranen op rails en dergelijke.
  3. Continue of herhaald voorkomende trillingen gedurende een aaneengesloten tijdsduur, korter dan 3 maanden, door bouw- of sloopwerkzaamheden; Incidenteel voorkomende, kortdurende trillingen, door bijvoorbeeld explosies.